Omtrent Adegem - Catalogus van de tentoonstelling (17)


-
Omtrent Adegem - Catalogus van de tentoonstelling (17)

96 Rekeninge 1705-1706 Rijksarchief Gent
In deze rekening ontvangt Pieter Simoens de “gaige” van zijn broer Jan, overleden soldaat. Er werden heel wat uitgaven ingeschreven in verband met betalingen aan “spaensche” soldaten.

H N

97 Proces Harelbeke 1688-1737
In vorige eeuwen schrokken de pastoors er niet voor terug tegen de tiendeheffers een proces in te spannen. Dat was soms wel nodig, want de tiendeheffers inden wel het geld, maar deden verder niets meer. Zo moest
de “Heere proost deken ende capittele van de collegiale kercke tot Harelbeke” mede instaan in het “onderhouden van eenen onderpastoor” (1) (23 mei 1688). Op 9 oktober 1700 werd Harelbeke veroordeeld tot het betalen van 1450 guldens dit om behoorlijke “ornamenten” voor de kerk te kunnen kopen, om de kerkhofmuur te herstellen en om de nodige herstellingen aan de kerk te kunnen doen (2 + lijst ornamenten). Harelbeke weigerde die som te betalen (3, 1734) omdat ze vonden dat de kerk over voldoende inkomsten beschikte. Van 1733 tot 1737 werd opnieuw geprocedeerd in verband met die som.

H N

98 Proces Harelbeke 1735
In het procesbundel treffen we nog twee zeer interessante stukken aan.
Een eerste is een brief van Pieter De Bruckere, de Oude, die de muur van het kerkhof beschrijft. Deze muur vormde de scheiding tussen zijn eigendom en het kerkhof. Hij bevond zich in zeer slechte toestand. (1) Het
tweede stuk weerlegt de bewering van Harelbeke als zouden de pachten veel opbrengen. Men haalt het voorbeeld aan van Lieven de Priester, pachter van de hoeve op het Westeindeken. De kerkmeesters achten zich gelukkig dat Lieven de hoeve wil pachten voor 2 pond per jaar, anders zou ze “vague” komen te liggen. De gebouwen zouden nog meer vervallen en zo grotere onkosten met zich meebrengen. Vergeten we niet dat deze hoeve in 1683 in brand is gestoken.

H N

99 Pastoors : Bidprentjes, Handtekeningen vanaf 1615

1615-16... Jan Bouwyn 1834-1851 Serafien Van Herreweghe
1624-1638 Roland Vermeersch 1851-1884 Willem Christiaens
1638-1679 Bernard de Craes 1884-1887 Theotime Muyshondt
1680-1695 Jan Baptist Cornelis 1887-1903 Frans Verhaegen
1695-1724 Louis Mussele 1903-1918 Petrus De Troyer
1724-1740 Augustijn Marant 1918-1939 Leo Verheecke
1741-1759 Jaak Blomme 1939-1945 René Kochuyt
1759-1781 Constantijn Joets 1945-1957 Herman Van Damme
1782-1801 Alexander Jos. Dhoedt 1957-1966 Albert De Malsche
1801-1820 Laurens De Smet 1966-1977 Leo Thuysbaert
1820-1834 Petrus Welvaert 1977 Arthur D’have

Voor meer bijzonderheden zie “Appeltjes van het Meetjesland”, nummer 10, 1959, blz. 240-248.

H N

100


Predikstoel
Predikstoel Cat, 110.
Een beeld van de predikstoel die in 1828 werd aanbesteed. De gebeeldhouwde panelen en de houten pilaartjes zijn van recentere datum.

100 Kosters
Belangrijke figuren op een parochie waren de kosters. In de 17e en 18e eeuw waren het heel wat leden van de familie De Bruykere die dit ambt waarnamen. In de kerkrekening van 1762 was Pieter De Bruykere koster. We lezen wat een koster vroeger zoal moest doen.(1)
Philippus Naessens, koster in het begin van de 19e eeuw werd opgevolgd door Bernardus den Dauw (2 en 3). Bernardus was niet alleen koster maar ook schilder (4), Philippus den Dauw volgde zijn vader op. (5)

H N

101