Omtrent Adegem - Desiré De Weert, Liberaal-Katholiek Burgemeester (5)


-
Omtrent Adegem - Desiré De Weert, Liberaal-Katholiek Burgemeester (5)

In november ’87 buigt de raad zich nogmaals over de aanmaning vanwege de regering en de gouverneur om een gemeenteschool voor volwassenen te stichten of er een aan te nemen. Het antwoord is opnieuw negatief, enerzijds omdat ‘de scholen te ver afgelegen zijn van de wijken en gehuchten waaraan de volwassenen behooren’ en anderzijds wegens de zeer beperkte financiële middelen van de gemeente.

In februari 1888 doet Camiel Verstraete, uit vrees dat zijn wachtgeld zal afgeschaft worden, beroep op de welwillendheid van Desiré De Weert, hij richt diens aandacht uitdrukkelijk op de school-Kruipuit. De gouverneur doet in dit opzicht in maart daarna een konkreet voorstel aan de raad : Camiel Verstraete zou opnieuw een funktie worden toegewezen, ofwel ter vervanging van de 65-jarige Maenhout (Kruipuit) die op pensioen zou moeten gaan, ofwel kan de gemeentejongensschool-centrum heropgericht worden met Verstraete als onderwijzer.

Het besluit van de raad - unaniem en ook na aandringen van hogerhand niet meer gewijzigd - is dat men ‘voorlopig’ niet op deze voorstellen kan ingaan “omdat elke verandering van persoonen of inrichting van ’t onderwijs oorzaak zou geven tot meerdere uitgaven - dus stemming van nieuwe lasten - ’t geen den Raad weigert te doen” (26.03.88).

Het is niet helemaal zeker dat alleen financiële overwegingen een rol hebben gespeeld. De kontroversiële figuur van Verstraete lijkt ons ook wel medebepalend te zijn geweest.

In elk geval is duidelijk dat de gemeente geldproblemen heeft. Zij is daar wel vertrouwd mee : er is tussen ’60 en ’90 voortdurend sprake van slechte tijden voor de gemeentekas, van nood aan speciale leningen en geknoei met de termijnen van terugbetaling.

Op 10 oktober ’88 lanceert De Weert een geheel van maatregelen om de financiën weer gezond te maken. Nieuwe lasten zijn onmogelijk gezien de krisissituatie van de landbouwers en het onderbreken van nijverheden. Zijn plan omvat vooral twee pijlers :
1. Herinrichting van het lager onderwijs : de jongensschool-centrum moet gemeenteschool worden, met godsdienstonderricht vooraan en inschakeling van Camiel Verstraete die anders toch een wachtgeld moet betaald worden. De hogere overheid zou zich daardoor financieel tegemoetkomend gedragen.
2. Voor de jaarwedde van de priesters zou de kerkfabriek, goed bij kas, het aandeel van de gemeente moeten overnemen.

De diskussie over dit plan wordt verdaagd, en er wordt een begrotingskommissie aangeduid met de raadsleden L. Van Waetermeulen, J.B. Neyt, Stoens en Bultinck. Op de volgende raadszitting van 13 november blijkt deze commissie geen enkel voorstel van Desiré over te nemen, en de sanering te willen bekomen vooral via een vermindering van jaarwedden (voor burgemeester en schepenen erg duidelijk). “Gezien de voorgestelde veranderingen de algemene steun schijnen te krijgen”, verklaart de Burgemeester-Voorzitter zich te zullen onthouden, “omdat sommige kredieten verplichtend zijn en omdat hij andere voorgestelde niet goedkeurt”, waarop hij de zaal verlaat.

Bij brief van 14/11 deelt hij zijn ontslag mee. De gemeenteraad aanvaardt het zonder enig kommentaar op 26 november. Leopold Van Waetermeulen volgt hem als burgemeester op.

52


3. De laatste jaren van Desiré De Weert

Het openbare politiek leven van Desiré is met deze ontknoping achter de rug. In november ’95 verhuist hij met zijn vrouw naar Brugge, waar hij op 17 oktober 1899 sterft.

4. Konklusies

Wat kunnen wij uit dit verhaal besluiten omtrent de politieke lijn van Desiré De Weert ?
Slechts enkele keren stelt hij zich politiek duidelijk apart op. Hij onthoudt zich driemaal bij een stemming en wordt een aantal keren niet gevolgd bij een konkreet voorstel.

Het bestaan van een in het centrum gelegen echte gemeenteschool, d.w.z. niet in parochiale handen, zij het wel met de mogelijkheid van godsdienstonderricht, lijkt telkens zijn fundamentele zorg te zijn geweest. Dit lijkt ons te kloppen met de rest van de raadsbeslissingen waarbij hij zich niet apart hoefde op te stellen. Eenmaal spreekt hij uitdrukkelijk over de voordelen van een gemeenteschool: “eendracht, spaarzaamheid en voordeel van ’t onderwijs” (17/10/84).

We durven hem daarom in de 19e eeuwse kontekst liberaal-katholiek noemen. Katholiek in deze zin: hij wordt gedoopt, gevormd, huwt in de kerk, is vormselpeter, is geen tegenstander van godsdienstonderricht binnen de klasuren. Liberaal omdat hij de gemeente als een eigen entiteit ziet, met een eigen opdracht die hij niet gewoon wil overgenomen zien door een andere entiteit, de parochie.

Op 18 december ’88 maakt de pastoor van Adegem een parochieverslag. Hij vermeldt er in dat er één slechte krant gelezen wordt, L’Etoile Belge, door oud-burgemeester De Weert (L’Etoile Belge is een Brusselse liberale krant). Zijn grote wens voor het goed van de parochie : ‘de komst van een katholieke burgemeester’...

Geraadpleegde Bronnen :

Gemeentearchief Adegem
Parochiearchief Adegem
Archief Aangenomen Jongensschool, Aangenomen Meisjesschool en Gemeenteschool Adegem
Algemeen Rijksarchief Gent
Bisschoppelijk Archief Gent
OCMW-Archief Brugge
Mondelijke Getuigen

53