Het Dorp zoals het er ten tijde van Burgemeester De Weert uitzag.
Vooraan links bemerkt men het huis van de familie De Weert.
In de gemeenteschool-Kruipuit blijft P. Maenhout les geven. Hij lijkt een stuk in de gratie van de geestelijkheid gebleven te zijn. Tussen Adegem en Oostwinkel fungeert reeds eind oktober ’79 een katholieke school voor beide parochies. Hoofdonderwijzer is daar Desiré Ginneberge. Het is duidelijk dat de parochie een snel antwoord heeft gevonden op de nieuwe situatie. En met succes. De cijfers van de leerlingen-aantallen liegen er niet om : in de gemeentescholen van het centrum schommelt het aantal rond de 3, met al eens een piek van 5; in de gemeenteschool Kruipuit gaat het iets beter : 8 tot 15 (gemengd!). De aantallen kinderen die de vrije scholen (ook de zondagsschool) volgen liggen veel hoger.
De gemeente ervaart ook een negatieve reaktie op pogingen om een school voor volwassenen te organiseren. In augustus-september 1880, na de liberale wet dus, wordt Desiré De Weert door de inspectie en hogere overheden gewezen op de ‘noodzaak’ om een school voor volwassenen in te richten. Hij doet terzake een voorstel aan de gemeenteraad die hem echter niet volgt (07/09/’80). In augustus van het volgende jaar schrijven Desiré en broer Louis aan de arrondissementskommissaris dat er wel inschrijvingsregisters geopend zijn voor dergelijk onderricht maar “dat er geen vragen tot inschrijvingen zijn toegekomen”. Eenzelfde vraag van de arrondissementskommissaris wordt opnieuw weggestemd door de gemeenteraad op 5/2/84. Alleen Desiré De Weert en Guido Herrebaut stemmen pro. In deze fase van de “schoolstrijd” moeten wij nog 1 punt vermelden, namelijk dat op 27/08/84 een raadslid voorstelt de financiële schadeloosstelling voor het verstrekken van godsdienstonderwijs in de gemeentescholen (een raadsbeslissing van 9/10/79) af te schaffen. De raad aanvaardt dit, maar Desiré, alleen, onthoudt zich.
50
Op dat ogenblik staan we al dicht bij de nieuwe wet op het lager onderwijs van 20 september 1884 die ditmaal duidelijk katholiek is geïnspireerd.
Op 9 oktober toont de gemeenteraad zich geneigd om de gemeentescholen voor jongens in het centrum en de gemengde op de wijk Kruipuit te behouden met dien verstande dat het godsdienstonderwijs “aan het hoofd van het programma gesteld worde”. De burgemeester wordt gemachtigd te onderhandelen met de geestelijkheid om haar ertoe te bewegen in deze scholen religieus onderricht te geven. Desiré komt echter van een kale reis thuis, vermits de geestelijkheid alleen wil toegeven voor de school-Kruipuit.
De raad beslist dan op 17 oktober :
1. wordt behouden : de gemengde gemeenteschool Kruipuit;
2. worden afgeschaft: de gemeentescholen jongens en meisjes in het centrum (de leerkrachten worden in beschikbaarheid gesteld met een “wachtgeld”);
3. worden ‘aangenomen’ (d.w.z. gesubsidieerd) : de vrije scholen jongens en meisjes in het centrum, waar E. Van Cauwenberghe en de zusters hun taak weer kunnen opnemen.
Desiré De Weert onthoudt zich op het punt van de afschaffing van de gemeente-jongensschool van het centrum :
“Indien hij enerzijds, zegt hij, overtuigd is dat dezelve school niet zou bezocht worden, gezien de onthouding van de geestelijkheid, betreurt hij anderzijds de afschaffing onder het driedubbele opzicht van eendracht, spaarzaamheid en voordeel van ’t onderwijs”.
Bovendien wordt op voorstel van schepen J.B. Neyt de vrije school op de wijk Kruipuit van Desiré Ginneberge aangenomen. Deze beslissing blijft echter zonder gevolg gezien meester Ginneberge later zijn aanvraag terugtrekt (er is een moeilijkheid door de band met Oostwinkel), en op 2 december benoemd wordt als hulponderwijzer in de gemeenteschool Kruipuit. Op dezelfde tweede december 1884 wijzigt de gemeenteraad zijn houding tegenover de jongensschool-centrum. Desiré maakt melding van een ministeriële omzendbrief die er op wijst dat bij behoud van een gemeenteschool het deze in het centrum moet zijn en niet een op een verwijderde wijk. De raad treedt dit standpunt bij, behoudt de gemeentejongensschool-centrum én... benoemt C. Verstraete en E. Van Cauwenberghe als onderwijzers “met dezelve voordelen”. Desiré De Weert en Stoens verklaren respektievelijk namens Verstraete en Van Cauwenberghe dat de ineensmelting kans op slagen heeft. Dat is duidelijk een misrekening. Beide onderwijzers vinden geen compromis met elkaar. Op 24/12/84 tenslotte beslist de gemeenteraad zich te houden aan de regeling van 17 oktober. De gemeenteschool-centrum wordt afgeschaft, deze van de Kruipuit - waar de onderwijzer Maenhout volgens schepen Neyt “het vertrouwen der huisvaders behouden heeft” blijft bestaan. Burgemeester De Weert onthoudt zich.
Besluit: een echte ‘schoolstrijd’ speelt zich in Adegem niet af, gezien de sterkte van de parochie die gewoon een eigen onderwijsnet uitbouwt, en de zwakte van een kleine liberale hoek die enkel op de wettelijke beschikkingen kan rekenen.
B. Na 1884 : financiële zorgen en opnieuw het onderwijs.
Tegenover de aangenomen scholen wordt na ’84 de houding van de gemeenteraad onverdeeld gunstig (verhuring lokalen en meubelen etc.).
51