Omtrent Adegem - Zo ontstond het rustoord te Adegem (4)


-
Omtrent Adegem - Zo ontstond het rustoord te Adegem (4)

Op 15 oktober 1874 komen vier zusters van Maria en Jozef uit Geraardsbergen naar Adegem. Zusters Constance is hier de eerste geweest. Aanvankelijk was hun eerste werk, het onderwijs verzorgen. Maar, op 2 november 1875 wordt het hospice en het hospitaal officieel geopend. De ouderlingen van beide geslachten en de zieken die ten koste van gemeente in het gesticht te Sint-Laureins verbleven, werden naar hier overgebracht en werden verzorgd door de zusters.

In 1878 werd een kapel ingericht binnen de muren van het bestaande hospice. Op 24 mei 1878 werd deze plechtig ingewijd door Pastoor Christiaens, bijgestaan door Eerw. Van de Putte, algemeen bestuurder van de Zusters en een onderpastoor van Adegem. De kapel is tot stand gekomen dank zij de vele schenkingen, waaronder wij vooral noteren : Felicita Tijdgadt die het altaar betaald heeft, schepen Jan Baptiste Neyt die de ciborie geschonken heeft en vooral Mej. Esther Willems die door haar ijver en materiële steun alle toebehoorden voor de kapel heeft aangekocht. In de maand juli 1928 werd de kapel van het hospice “gewasschen, hersteld en rijkelijk versierd door de milddadigheid van de Eerwaarde Heer Leo De Kesel, zoon van de Burgemeester alhier” zo lezen wij in de archieven. Mevrouw De Kesel heeft in 1928 een schone albe geschonken aan de kapel. Op 30 maart 1929 heeft Charles-Louis Verstringe een kazuifel geschonken aan de kapel. In 1929 heeft Eerw. Heer De Kesel twee boeken voor de kapel bezorgd.

Op 17 juni 1931 heeft Martha Vervaet (echtgenote Van de Vliegher Richard en onlangs overleden) een mooie kant aan de kapel geschonken voor de Gedurige Aanbidding.

Na het vernieuwen van het hospice, kort na de tweede wereldoorlog, werd de kapel nogmaals verbeterd. Een schilderij voorstellend : “De boodschap” boven het altaar is geschonken door een Adegemse kunstenares : Mej. Maria Tuypens.

Aanvankelijk hadden de Eerwaarde Zusters als jaarwedde voor de overste 400 fr en de werkzusters ontvingen elk 365 fr - dus één frank per dag. De Zusters verkrijgen vanwege de commisie nog een gunst, nl dat zij op kosten van het Bestuur elk jaar éénmaal naar Geraardsbergen mogen gaan voor een “geestelijke” retraite. Deze gunst is wel mede ge-evolueerd met de tijd...

Om de nodige fondsen te verzamelen voor de aankoop van meubilair, alsmede voor de investering van de boerderij, werd een aanvraag gericht tot zijn Majesteit de koning om een ‘loterij’ in te richten in twee provincies (Oost- en West-Vlaanderen). De commissie beroept zich op art. 7 van de wet van 31 october 1851. Deze actie, heeft de nettosom van 1003 fr opgebracht, wat voor die tijd en voor het doel waarvoor ze ingericht was, een welgekomen hulpmiddel was. Naast de behoeftige zieken duiken nu van alle kanten behoeftige kostgangers op. Niet enkel Adegemse zieken worden ter verpleging opgenomen, ook sukkelaars van elders die niet meer weten van welk hout pijlen maken vinden onderdak te Adegem. Zij worden wel in de mate van het mogelijke ingelijfd in de dagelijkse karweien op de boerderij, onder leiding van “De boer” van ’t hospice. Dat er al eens bekvechterij bij te pas kwam spreekt van zelf, want het waren niet altijd gemakkelijke mannekens of vrouwtjes die in het hospice aanlandden.

34


Wanneer het er al te bar aan toe ging werd hun de schrik op het iijf gejaagd door “het ijzeren kot”. Dat was een kamer binnenhuis, waar men bij grove overtredingen of weerspannigheid tot kalmte kon komen, met als voedsel een snee roggebrood en een “kroes” water.

In 1877 wordt een overeenkomst afgesloten met Serafien De Laere, barbier, voor het scheren van oude en gebrekkige manspersonen, tegen de prijs van 40 fr per jaar als jaarwedde. Het aantal personen kwam niet in aanmerking. In 1882 werd de jaarwedde vastgesteld op 50 fr en in 1885 neemt August Buysse dit werk over, eveneens voor een jaarwedde van 50 fr. Ondertussen wordt de eerste secretaris van de commissie Francies Stoens, vervangen door Louis De Weert, gemeente-geheimschrijver mits een jaarwedde van 180 fr.

Er zijn ook regelmatig dotaties geweest door mensen die in het hospice hun oude dag kwamen slijten of ter verpleging werden opgenomen. In de meeste gevallen werd op voorhand het bezit van die lieden ter beschikking van de commissie gesteld. Zo vinden wij regelmatig dat er “ten titel van gift ter warme hand” schenkingen werden gedaan. Ter warme hand, betekende dus dat bij het binnen treden in het hospice de kostgangers hun persoonlijk bezit reeds “in pand” gaven. De commissie had dus een “duim in de hand” tegenover hun inwoners.

Om echter die giften te kunnen aanvaarden moest er een Koninklijke machtiging zijn. Bij die eerste schenkers vinden wij de naam van Bernard Van Overtvelde, die “ter warme hand” 500 fr schonk. Hij kwam uit Eeklo. Verder nog : Jan Baptiste Van de Keere met 1600 fr en Leonardus Hessens met 1800 fr. Telkens staat er bij vermeld dat zij in ruil voor deze gift hun leven lang in het hospice mogen blijven “ZOO ZIEK, ALS GEZOND ZIJNDE”. Eens de gift “Ter warme hand” geschonken was deze niet meer terug vorderbaar.

Dank zij deze dotaties en de uitgeplaatste gelden beschikte de commissie in die tijd over een batig saldo. Het heeft zelfs nog bestaan dat het gemeentebestuur bij de commissie van het bureel van Weldadigheid een lening aanging om de openbare werken, waaronder het kasseien van de baan van het dorp naar de Kruipuit, te kunnen uitvoeren. De toestanden zijn nu totaal andersom.

Na ruim honderd jaar bestuurd geworden te zijn door de Eerw. Zusters van Geraardsbergen, waarvan een Adegemse Algemene Overste was, namelijk Eerw. Zuster Lutgarde in de wereld Juffr. Judith De Lobel, zijn de Eerw. Zusters van het hospice hier vertrokken bij gebrek aan medezusters. De Adegemse bevolking is hen veel dankbaarheid verschuldigd.
De laatste overste was hier Eerw. Zuster Benigna.

De naam “Bureel van Weldadigheid” evolueerde tot commissie van Openbare Onderstand (C.O.O.) en deze werd kort geleden weeral gewijzigd in O.C.M.W. : Openbaar Centrum Maatschappelijk Welzijn. De klassieke naam van Godshuis of hospice is eveneens geschrapt en vervangen door de huidige benaming : “Rustoord”.

35