De «Bende van Adegem».

Bijdrage van Hugo Notteboom

Uit : 100 jaar Adegem, Maldegem, Middelburg - Een uitgave van de Heemkundige Kring Het Ambacht Maldegem 1986.
Artikel hier gepubliceerd met toestemming van de auteur.


De Bende van Adegem

Het einde van de "Bende van Adegem"

Vrijdagnamiddag 17 december 1920. Oscar Mercy en Alfons Naudts, de twee meest gezochte misdadigers van West- en Oost-Vlaanderen stapten doodgemoedereerd van de trein van half zes.

Beide heren haastten zich rechtstreeks naar de woning van Naudts' broer, gelegen aan de Oude Weg, niet ver van de spoorlijn. Kamiel Naudts, de broer van Alfons, schrok niet weinig toen hij beide spitsbroeders zo op hun gemak zijn woning zag binnenkomen, ze werden immers opgespoord door zowat het hele politiekorps omwille van hun vele en gevarieerde misdaden : roof, diefstal, plundering, bendevorming en ... moord.

In ruil voor zijn eigen leven en dat van zijn gezin verschafte Kamiel de twee onderdak en gaf hen te eten. Toch slaagde hij er ongemerkt in veldwachter Cauwels te verwittigen.

Mercy en Naudts waren immers naar Adegem afgezakt om wraak te nemen op veldwachter Cauwels en agent Doom. Beide heren waren de mening toegedaan dat al het onheil dat hen de laatste maanden was overkomen enkel en alleen kon toegeschreven worden aan deze twee Adegemse "dienders".

Cauwels liet er geen gras over groeien en verwittigde alle politieposten en rijkswachtkazernes uit de hele omtrek. Het hele Meetjesland stond in rep en roer: van alle kanten fietsten rijkswachters naar Adegem waar het huisje van Kamiel Naudts dan ook rond 7 uur volledig omsingeld was. Familieleden en buren werden in de grootste stilte van hun bed gelicht en naar veiliger oorden overgebracht.

De belegering kon beginnen.

Even na zeven uur werden de booswichten gesommeerd zich maar zo vlug mogelijk over te geven. Dit werd op hoongelach onthaald "Wilt ge ons hebben, kom ons dan halen", riepen ze uitdagend terug. Enkele revolverschoten, gevolgd door knetterend geweervuur van de gendarmes startten een lange dag vol gevaren.

Enkele uren later probeerden procureur Vander Straeten en officier Van Volsem het schuurtje waar beide booswichten zich hadden verschanst binnen te dringen. Een regen van kogels floot hen echter om de oren zodat ze zich onverrichterzake moesten terugtrekken.

Ondertussen had zich reeds een massa nieuwsgierigen om en rond de plaats van het gebeuren verzameld zodat de aanwezige rijkswachters meer werk hadden met het opdringerige publiek dan met de beide bandieten. Niemand was zich van enig gevaar bewust.

Verdere sommaties tot overgave sorteerden geen enkel effect. Door de gerechtelijke diensten werd koortsachtig gezocht naar een oplossing. Ondertussen waren de politiekorpsen van Eeklo en Maldegem ook ter plaatse en ook de Eeklose brandweer kwam opdagen. Gendarmen uit Gent waren op komst met handgranaten en mitrailleurs. Het was ondertussen namiddag geworden. Een loeiende wind en onophoudelijk neerplensende regen maakten alles niet gemakkelijker. Ten einde raad besloot Vander Straeten het schuurtje waar de twee belegerden zich bevonden in brand te laten steken en de heren uit te roken. Tot vijfmaal toe mislukte de brandstichting. Eindelijk ging het gebouwtje dan toch in de vlammen op. Vergenoegd wreef men zich reeds in de handen dra zouden de boeven hen als rijpe appelen in de handen vallen.

Helaas! Mercy en Naudts hadden zich weten toegang te verschaffen tot het woonhuis! Toen er door een venster opnieuw naar de rijkswachters werd geschoten wist iedereen meteen hoe laat het was.

Bevel werd gegeven om ook het woonhuis in brand te steken. Tussen de rook door zag men de bandieten her en der proberen zich voor de vlammen in veiligheid te brengen. Opeens kreeg agent De Leeuw Mercy in het vizier, legde aan en Mercy zeeg neer. Plots werd het stil. Het brandende huisje werd bestormd Oscar Mercy lag zieltogend aan de deur, door twee kogels getroffen: "Het schuim stand hem op den mond, de ogen puilden uit hunne kassen".

Enkele ogenblikken later overleed hij. Naudts, bedwelmd door de rook, mankeerde verder niets: onder gejouw en getier werd hij in de wagen van mijnheer Standaert uit Balgerhoeke naar de Gentse Nieuwe Wandeling overgebracht. Aan het Adegemse inferno was een tragisch einde gekomen, het "Fort Chabrol" kon de legende ingaan en de "Bende van Adegem" maakte Adegem doorheen heel Vlaanderen bekend!

Home Home   |  Geschiedenis Pagina geschiedenis